Het is moederdag. En als mijn vrouw iets niet wil, dan is het wel ontbijt op bed. Daarom had ik bedacht om te gaan picknicken in de natuur, gevolgd door een wandeling met de kinderen en de hond. Meestal vinden de kinderen het wel leuk om mee te gaan wandelen, maar de laatste paar weken hadden we al een paar langere wandelingen gemaakt en de kinderen begonnen een beetje te morren bij het idee dat we weer gingen wandelen. De picknick vooraf maakte het al wat interessanter, maar om het extra leuk te maken gingen we niet zomaar wandelen, we gingen struinen.
Struinen?
Struinen is wandelen, maar dan zonder paden. Je gaat een gebied in en mag alle kanten op. Die vrijheid is heerlijk voor de kinderen. Bovendien geeft het een beetje extra spanning om zomaar een gebied in te gaan. Wie weet verdwaal je wel.
Er zijn niet heel veel gebieden in Nederland waar je echt mag struinen. Nederland is daar eigenlijk te klein voor. Als we overal zomaar van het pad zouden gaan, dan zouden de dieren in de kleine postzegeltjes natuur die we hebben helemaal geen rust meer hebben. Maar in sommige gebieden is het gelukkig nog wel mogelijk. Veel van deze struingebieden zijn duinen, zandverstuivingen en uiterwaarden.
De Hemelrijkse Waard
Langs de Maas heeft natuurmonumenten een aantal uiterwaarden in beheer (De Maasuiterwaarden). In veel van deze gebieden mag je van de paden af en lekker struinen. En één van deze gebieden is dus de Hemelrijkse Waard.
Het is een open gebied van 225 hectare, met verschillende geulen, die je door middel van bruggen kan oversteken. Het is nog een relatief jong natuurgebied en is dus nog volop in ontwikkeling. Ondanks het open karakter en het wijdse uitzicht weet het gebied je toch regelmatig te verrassen met nieuwe uitzichten. Al is het heel lastig om hier echt te verdwalen.
De vrijheid tegemoet
Als je eenmaal het poortje door bent verdwijnen alle paden. Even kijkt mijn zoon me vertwijfelt aan. “Mogen we nu echt overal heen waar we willen?” Als ik dat bevestig rent hij er meteen vandoor, al snel gevolgd door mijn dochters. Een haas schiet links van ons weg. Even vraagt mijn vrouw zich af waarom de hond daar niet op reageert, maar die heeft een verse koeienvlaai gevonden en ligt daar uitgebreid in rond te rollen. (Honden zijn hier toegestaan, maar wel aangelijnd. Om onze hond toch wat ruimte te geven om te spelen en te rennen hebben we een veldlijn van 15m.)
Even verderop is onze zoon al over de eerste brug gerend en gaat op ontdekkingstocht langs de oevers van de geulen. Op ons gemak struinen we achter hem aan. De Hemelrijkse Waard is een gebied vol met vogels. We zien verschillende soorten ganzen, zwanen en visdiefjes. Even verderop vliegt een veldleeuwerik al zingend door de lucht en horen we een koekoek roepen. De kinderen vinden het allemaal geweldig.
Ondertussen heeft de hond een dode snoek gevonden en vindt dat hij daar ook nog even goed overheen moet rollen voordat hij verder loopt.
Het is raar: je zet de ene voet voor de andere. Dat klinkt gewoon als wandelen en toch voelt struinen heel anders. Je beleeft de natuur veel intenser. Zelfs een pittige regenbui is geen tegenslag, maar een leuke uitdaging. We schuilen even onder een omgevallen wilg, drinken wat ranja en eten een koekje. Als de bui is overgetrokken, struinen wij weer verder.
Struinen, niet klagen
Na een paar uur zijn we weer terug bij de parkeerplaats. We zijn in opperbeste stemming. Zelfs de jongste heeft tijdens de wandeling niet één keer gevraagd hoe ver het nog is of geklaagd dat ze moe is. Sterker nog: de kinderen willen nog niet naar huis en beklimmen nog een keer de ‘Oijense wachter’.
Eenmaal in de auto slaat de sfeer meteen om. De hond snapt niet waarom iedereen hem met opgetrokken neus aankijkt.