Je leest het in de krant en je hoort het op het nieuws: Het gaat niet goed met de biodiversiteit. Veel diersoorten staan op het punt van uitsterven, of zijn al helemaal verdwenen. Het klinkt als een ver-van-mijn-bed-show. Waarom zou jij er iets om geven als de Noordelijke Witte Neushoorn uitsterft, of als driekwart van alle insecten verdwijnen? Je hoort het. Je denkt ‘wat erg.’ En je gaat weer verder met je leven. Want uiteindelijk is er maar weinig dat jij er als individu aan kan doen. Toch?
Wat is biodiversiteit?
Biodiversiteit is de verscheidenheid van leven op aarde. Alle verschillende soorten planten, dieren, schimmels en micro-organismen bij elkaar. Maar daarnaast behelst biodiversiteit ook de leefgebieden waarin al deze organismen voorkomen. Je kan hierbij denken aan ecosystemen als regenwouden, savannes, steppen, woestijnen en moerassen. Dat is nogal wat, want er zijn wereldwijd bijna twee miljoen soorten bekend. Er wordt aangenomen dat dit nog niet de helft is van de soortenrijkdom op aarde. Dit betekent dat er miljoenen soorten op aarde leven waar wij als mensen nog geen weet van hebben. Alleen al in de Amazone wordt elke twee dagen een nieuwe soort ontdekt.
Je zult denken, als er zoveel soorten bij komen, dan is het toch niet desastreus als een zeeschildpad dreigt uit te sterven? Het probleem is echter dat er geen nieuwe soorten bij komen. Die soorten zijn er allemaal al, alleen heeft de wetenschap ze nog niet beschreven. Maar de soorten die uitsterven gaan echt weg, die komen nooit meer terug.
Hoe slecht is het gesteld met de biodiversiteit?
Om de twee jaar brengt het wereldnatuurfonds een verslag uit over de toestand van het milieu. In het Living Planet Report van 2016 kun je lezen dat de populaties van gewervelde dieren tussen 1970 en 2016 met 58 procent zijn afgenomen. En in het rapport A safe operating space for Humanity (engels) uit 2009 wordt het verlies aan biodiversiteit aangeduid als één van de grootste milieuproblemen van deze tijd. De schrijvers stellen dat er jaarlijks tien keer meer soorten verloren gaan dan de natuur kan opvangen en dat het catastrofale gevolgen kan hebben als we op deze manier doorgaan.
Alleen al in Nederland zijn sinds 1900 zeker 614 diersoorten verdwenen.
Waarom is biodiversiteit zo belangrijk?
Ik heb al verschillende keren geschreven over de complexe relaties tussen soorten. Iedere plant en ieder dier heeft een rol in een ecosysteem. Zo zorgen groene planten voor de productie van zuurstof, bijen bestuiven de planten en schimmels zorgen voor de afbraak van dood materiaal. Als één van die organismen wegvalt vermindert de effectiviteit van het hele systeem.
Biodiversiteit is voor de mens letterlijk van levensbelang. Zo halen we al ons voedsel uit de natuur. We hebben meer dan 7.000 plantensoorten gecultiveerd voor voedsel en we eten enkele honderden soorten dieren en paddenstoelen. Ongeveer dan de helft van alle medicijnen die we gebruiken komen van planten. En hout is nog steeds één van de belangrijkste bouwmaterialen voor de mens. Dit zijn nog maar enkele van de diensten die de natuur ons geheel gratis levert, maar er zijn er nog veel meer. Denk bijvoorbeeld aan waterzuivering, natuurlijke plaagbestrijding, zoet water en recreatie. Zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan.
Je moet er niet aan denken dat de volgende plant die uitsterft misschien wel een medicijn voor kanker bij zich draagt.
De oorzaken
al die plant- en diersoorten sterven niet zomaar uit, daar zijn verschillende redenen voor. Nou ja, eigenlijk is er maar één reden voor, en dat is de mens. Natuurlijk lees je verschillende oorzaken, zoals: klimaatverandering, overbevissing, stropen, vervuiling, verlies van leefgebied en introductie van exoten. Maar al deze redenen zijn uiteindelijk te herleiden naar menselijk handelen.
Kan het nog goedkomen?
Laten we eindigen met een positieve noot. Het is nog niet te laat. Regeringen zien het belang van biodiversiteit steeds meer in en er komen regels en wetten om het verlies tegen te gaan.
Ook als individuen kunnen we iets doen. Aangezien de mens verantwoordelijk is voor de problemen, moeten we ze ook oplossen. Door duurzaam te leven en je impact op het milieu zo klein mogelijk te houden help je mee aan het in stand houden van de Nederlandse soortenrijkdom.